De Kunstklas | co-teachen met de academie
Een doorlichting gaf het startsein om de muzische werking van Vrije Basisschool As te herdenken. Meester Jean-Luc vroeg aan de Kunstacademie van Dilsen-Stokkem of zij hierbij konden ondersteunen. Al voor het derde jaar op rij zijn de Kunstklassen het resultaat van deze duurzame samenwerking.
‘We hebben een traject uitgestippeld zodat alle leerlingen doorheen hun lagere schoolcarrière van de verschillende kunstendisciplines kunnen proeven’, zegt Jean-Luc. Hij geeft les in het tweede leerjaar en is verantwoordelijk voor de muzische vorming. ‘We triggeren hen hier op school , want thuis komen ze vaak niet met drama, dans of tekenen in aanraking. Met de subsidie dynamoPROJECT kunnen elk schooljaar twee leerjaren in zo’n Kunstklas instappen.’
Inspelen op noden van de leerkracht
Anke Vrinssen, de dramadocente van de academie, legt uit hoe ze te werk gaat tijdens de Kunstklassen: ‘Vooraf hebben we een gesprek met de leerkrachten. Zij komen naar de academie en hebben dan zelf een idee waarrond ze willen werken. Vaak sluit dat aan bij de thema’s WO of taal. Zo’n kunstklas staat dus niet los van wat er in de klas gebeurt.’
‘In dit project kozen Jean-Luc en zijn parallelcollega Juf Janne van het tweede leerjaar ervoor om het thema carnaval kunstzinnig uit te diepen. Ze vroegen specifiek naar drama en wilden tips om jabbertalk (een onbestaande taal) en een tableau vivant in de lessen te integreren. Op die noden speel ik dan in.’
‘We hebben een traject uitgestippeld zodat alle leerlingen doorheen hun lagere schoolcarrière van de verschillende kunstendisciplines kunnen proeven’
Veilige vertelpantomime
Anke werkte 4 keer een uur met de leerlingen. In die korte tijd kreeg het toonmoment voor ouders en grootouders vorm. Voor elke les zat ze samen met Jean-Luc en Janne om het verloop door te nemen. Als co-teachers staan ze dan voor de klas.
‘Het eerste uur hebben we kennis gemaakt en heb ik geprobeerd om de durf erin te krijgen’, zegt Anke. ‘We hebben de vertelpantomime geoefend: ik vertel over hoe ze wakker worden op de dag van carnaval en hoe ze zich verkleden. Zij beelden het intussen uit. Niemand staat dan alleen of wordt geviseerd. Dat creëert veiligheid.’
‘In de tweede les liet ik de leerlingen zelf de thema’s van de carnavalsstoet kiezen. We hadden kikkers, dierentemmers, clowns, gamers … Elke leerling koos een groepje. We werkten rond de inleving van al die personage. Voor de derde les bracht iedereen een hoedje mee. Ze moesten hun gezicht en houding aanpassen aan dat hoedje. We organiseerden een ‘modeshow’ waarbij ze wandelden als dat personage. Zo creëerden we een tableau vivant. In de vierde les legden we een link met de muziek van het Carnaval der Dieren.’
Wil jij ook een kunstenaar zoals Anke in jouw klas? Dat kan!
- De dynamoPROJECT-subsidie neemt voor jou de financiële drempels weg. Je krijgt tot 2000 euro voor jouw artistiek project op school. Lees de voorwaarden van een dynamoPROJECT.
- Liever 3-jaar samen in de klas via co-teaching? Dan is er Kunstkuur voor jou! Hiermee voeg je de expertise van een academie toe aan jouw leerkrachtenteam en breng je jouw expertise binnen in de academie in een driejarig traject.
- Op zoek naar inspirerende voorbeelden van andere scholen? Doorzoek onze praktijkvoorbeelden op onderwijsniveau of discipline.
Elke keer leerrijk
Het toonmoment is een voltreffer. Terwijl de talrijke toeschouwers buitenstappen, blikt Anke terug. ‘Ik vind het leuk dat we hier in projecten werken’, zegt ze. ‘Het zijn korte, intensieve momenten en dan kan je ze weer loslaten. Je hoopt dan dat je iets achterlaat bij leerkrachten en leerlingen. Ik hoop ook dat deze leerlingen nu gemakkelijker de weg naar de academie gaan vinden.’
En hoe ervaart juf Janne de Kunstklas? ‘Net als in de vorige die rond muziek draaide, heb ik ook nu weer dingen geleerd die ik zelf nooit bedacht zou hebben. De opwarmoefening ‘popcorn’ ga ik zeker nog doen. Daarbij zit iedereen dicht bij elkaar in een kring. Het vuur wordt aangezet -biebbibbieb- en stilaan springen alle leerlingen recht. Het zijn zulke kleine dingen, die ik mezelf ook echt nog zie herhalen. Zo’n samenwerking met een professional is dus elke keer heel leerrijk.’
Tips van Anke, meester Jean-Luc en Juf janne
- Netwerk. Kijk welke spelers binnen je gemeente zitten. Klop aan bij de culturele raad of de cultuurfunctionaris van de gemeente. Spreek plaatselijke kunstenaars, de kunsthumaniora, ouders, de academie … aan.
- Durf pragmatisch zijn. Vorig jaar hebben we met de hele school toegewerkt naar één dag waarop iedereen muzisch bezig was. Nu koppelen we dat los en kijken we wanneer hun en onze agenda het best klikt. Dat maakt het eenvoudiger.
- Kies voor een toonmoment. Dat is voor leerlingen altijd een hele belevenis. Door de zenuwen zouden ze graag achter de radiator kruipen, moest dat kunnen. Maar ze leren er zoveel meer door.
- Zorg vooraf voor voldoende communicatie. Hoe kunnen we elkaar aanvullen? Waar liggen de noden? Wat willen we bijleren in dit traject?
- Durf de controle los te laten. Soms beginnen leerkrachten te ‘gendarmen’ als leerlingen druk zijn tijdens een muzische activiteit. Logisch, want ze moeten ook nadien die leerlingen nog in de hand hebben. Maar je moet wel creatief mogen zijn. Dat lukt niet als je stil achter je bank moet blijven zitten.
Versterk cultureel bewustzijn in de klas.
Wil je meer inzetten op cultuur in jouw klas? Ontdek hoe.
Culturele vaardigheden
waarnemen
- Goed naar het muziekje van de kangoeroe (Carnaval der Dieren) luisteren om te weten wanneer ze moeten beginnen springen als een kangoeroe.
verbeelden
- Doen alsof je een cowboy of kikker bent en een typische beweging voor je personage verzinnen …
conceptualiseren
- Hoe begroeten buitenlandse toeristen je als ze in een vreemde taal ‘dag’ tegen je zeggen? (jabbertalk)
analyseren
- De nabespreking van het project met de leerlingen.
Dragers
lichaam
- Een houding aannemen die bij je personage past: bv: je zet een cowboyhoed op. Hoe beweeg je als cowboy? Hoe kijk je?
voorwerpen
- Een hoed die jou omtovert tot een personage.
- De vele verkleedkleren.
taal
- Een gepaste begroetingen bedenken en die als een robot zeggen.
- Luisteren naar een verhaal dat de docent vertelt en het dan uitbeelden.