De leeskaarten stimuleren leerlingen om meer te lezen
Hoe laat je leerlingen een boek evalueren? Een boekbespreking voor de klas of een uitgebreid verslag? In een klas van het vijfde leerjaar in Vrije Basisschool De Ark probeerde boekenjuf Saar (Sara Desteghe) de leeskaarten uit. ‘De leerlingen die graag lezen, waren meteen enthousiast, maar na een trimester bleek dat tachtig percent van de leerlingen aangaf meer te lezen’, vertelt Saar enthousiast.
Via de leeskaarten kunnen leerlingen verschillende soorten boeken evalueren. Door smileys te omcirkelen en tekeningen te maken, geven ze op een eenvoudige manier weer wat ze van het boek vonden. Bovendien bestaan de kaarten uit twee delen. Het tweede gedeelte kunnen ze afknippen en aan een klasgenootje geven om het boek aan te raden.
Juf Saar is dagelijks met de kaarten in de weer. Elke dag lezen de leerlingen zo’n tien minuten in de klas. Als ze een boek uit hebben, vullen ze een leeskaart in, maar ze mogen ook kaarten invullen over boeken die ze thuis uitlezen. ‘We hebben de verschillende leeskaarten doorheen het schooljaar stap voor stap aangebracht. We zijn gestart met die van de leesboeken en achteraf volgden die van strips, prentenboeken, info- en doeboeken en kranten en tijdschriften’, legt Saar uit, ‘Het was leuk om te zien dat de leerlingen leerden dat prentenboeken niet enkel voor kleuters zijn. Ze vinden ze nu ook niet minderwaardig aan leesboeken.’
Positieve evaluatie
‘De leerlingen die graag lezen, waren meteen heel enthousiast over de leeskaarten, in tegenstelling tot de minder gemotiveerde lezers’, zegt Saar. Na een trimester volgde er een evaluatie. Hieruit bleek dat tachtig percent van de leerlingen aangaf meer te lezen dankzij de leeskaarten. ‘Enerzijds vinden ze het leuk om de kaarten in te vullen, anderzijds zijn ze ook heel gemotiveerd als een andere leerling hen een kaartje geeft om een boek aan te raden. Het maakt ook niet uit welk soort boek ze lezen en dat neemt voor een aantal leerlingen de druk weg. Ze moeten geen leesboek lezen, een strip, prentenboek of informatieboek is even goed.’
Saar zat ook samen met de andere leerkrachten van het vijfde leerjaar. ‘Mijn collega’s waren zo enthousiast over het succesverhaal in de ‘try-out’-klas, dat ze onmiddellijk mee op de kar sprongen. Vanaf volgend schooljaar gaan we de kaarten gebruiken in alle klassen van het vijfde leerjaar’, besluit Saar.