Jenaplanschool Hippo's Hof verbeeldt verhalen van vroeger in klei
Verhalen over vroeger kunnen de buurt rond een school verbinden. De IJsvogels, een middenbouwklas van Jenaplanschool Hippo’s Hof uit Gent, verzamelt voor dit dynamoPROJECT zulke verhalen. Die verwerken ze in een boek en in kunstwerkjes van klei. Casa Blanca vzw helpt hen hierbij.
Eva Coppens is de juf van de 21 IJsvogels die tussen 6 en 8 jaar oud zijn. Ze kent Sofie Herman van Casa Blanca vzw nog van vroeger: ‘Ze heeft creatieve ideeën en kan dingen bieden die ik niet in mijn mars heb. Keramiektechnieken bijvoorbeeld. Ik kan ook wel knutselen, maar dat gaat nooit zo diepgaand of experimenteel zijn als bij Sofie.’
Ooit liepen hier begijnen …
Toen het park achter de school heringericht werd, ging Eva regelmatig met haar klas naar de werken kijken. Het wordt een ontmoetingsplek voor buurtbewoners. ‘We vroegen ons af hoe we er gesprekken op gang kunnen brengen. Maar ook wat er nog allemaal in onze buurt veranderd is’, zegt Eva. ‘Onze school ligt vlakbij het Begijnhof en in ons schoolgebouw woonden vroeger begijnen. Nadien was het een meisjesschool, toen een Leerpunt en sinds 9 schooljaren zitten wij hier.’
De verhalen lagen dus voor het rapen, zo leek het. Door samen te werken met het Lokaal Dienstencentrum hoopte Eva in contact te komen met senioren die de buurt al veel langer kennen. Corona maakte het samenwerken met deze kwetsbare mensen echter moeilijk. ‘Maar via onder meer de ouders zijn we toch aan vertellers geraakt.’ Zij kwamen in de klas vertellen over hoe de begijnen leefden, over de huizen aan de Begijnengracht, over hoe het was om lang geleden in de meisjesschool te zitten, over het dagelijks reilen en zeilen in de schoolbuurt.
… en dronken kinderen bier
‘Uit al die verhalen heeft elk kind het voor hem of haar meest beklijvende of interessantste gegeven gefilterd’, vertelt Sofie. ‘Dat hebben ze uitgeschreven voor een projectboek waarin ook foto’s van de vertellers en van het verwerkingsproces staan. Bij hun verhaal maakten ze een illustratie met een bistertechniek.’ Ter verduidelijking: bister is een inkt op basis van notenschillen. Je kan de bruintinten mooi combineren met witte waskrijtjes, houtskool … Het is niet duur, wat nog een pluspunt voor scholen is.
Tips van leerkrachten Eva en Sofie
- Durf naar mensen stappen. Je zal zelden een ‘nee’ krijgen. Er zijn veel mensen die echt graag vertellen over vroeger of over hun passie. Soms duurt het een tijdje voor je ze vindt. Maar het loont, want zo zien kinderen dat ze later verschillende wegen kunnen inslaan. Veel mensen kunnen de kinderen bovendien iets leren, wat ik niet kan bieden. Daarom is het belangrijk om hen in de klas te krijgen. Uit zulke contacten groeien ook weer nieuwe dingen. De mevrouw die over haar schooltijd hier op de meisjesschool vertelde, stelde al voor om de IJsvogels Gents te leren. Fijn voorstel, denken we dan.
- Betrek de buurt en de ouders van bij het begin bij je project. Ze kunnen een waardevolle inbreng hebben en gaan graag mee op zoek naar ideeën, sprekers …
- Organiseer een toonmoment met de buren, de ouders, de schepen. Maak er iets bijzonders van, met mooie uitnodigingen en een bar die drankjes verkoopt. Dat vinden kinderen altijd plezant.
- Trek eens buiten de school. Naar het atelier van de kunstenaar bijvoorbeeld. Of naar een tentoonstelling. Dat blijft bij en zorgt voor andere referenties dan de school en de omgeving.
- Laat je niet tegenhouden door corona en probeer toch iets te organiseren.
‘De verhalen schreven we met verschillende dragers omdat een mevrouw vertelde dat ze vroeger met een kroontjespen schreven. Ze komen via een gestileerde afbeelding ook terug op een klokje van klei, wat dan weer een verwijzing is naar de klokken van de kerk hier vlakbij de school. Dat van Victoria gaat bijvoorbeeld over de rode kleuren van de trapgevels. Ooit was dat een mode die uit Italië overgewaaid kwam. Viggo vond het heel interessant dat kinderen vanaf 10 jaar toen bier mochten drinken omdat het water niet zuiver genoeg was.’ Alle klokjes samen zullen een mooi kunstwerk vormen dat een plek in de school krijgt.
In het atelier van de kunstenaar
Intussen is Sofie 8 keer in de klas geweest. De kinderen kwamen ook een keer in haar atelier om te glazuren en de keramiekoven te gebruiken. Het afsluitende toonmoment laat door een nieuwe corona-opstoot nog even op zich wachten, maar het komt er zeker van. De kinderen zullen dan individueel uitleg geven bij het verhaal van hun klokje en het verloop van het project schetsen. Het wordt volgens Eva een avondvullend programma dat de buurt, de school en ouders verbindt.
Wil jij ook samenwerken met een beeldend kunstenaar in jouw klas? Dat kan!
- De dynamoPROJECT-subsidie neemt voor jou de financiële drempels weg. Je krijgt tot 2000 euro voor jouw artistiek project op school. Lees de voorwaarden van een dynamoPROJECT.
- Ontdek de kunstenaars en cultuureducatieve organisaties op Cultuurkuur. Of kies je eigen partner in je schoolbuurt.
- Op zoek naar inspirerende voorbeelden van andere scholen? Doorzoek onze praktijkvoorbeelden op onderwijsniveau of discipline.
Versterk cultureel bewustzijn in de klas.
Wil je meer inzetten op cultuur in jouw klas? Ontdek hoe.
Culturele vaardigheden
waarnemen
- Wandeling langs de Begijnengracht waar kinderen de gevels van huizen waarnamen. In het begijnhof keken ze naar de gebouwen, naar de vroegere ingangspoort. ‘Je ziet je buurt nadien echt anders én beter’, zegt leraar Eva.
- De tactiele waarneming van de klei. De meeste kinderen werkten nog niet zo vaak met klei.
- Sofie deed op grote papieren voor welke verschillende bister-technieken je kan gebruiken, hoe je dat ene materiaal heel verschillend kan toepassen.
verbeelden
- Het uitgekozen verhaal synthetiseren in 1 tekening.
- Voor de eerste opdracht van Sofie moesten de kinderen vanuit hun verbeelding een koffietas tekenen. Het project heet immers 'Koffieklets/Kleiklets'. Die tekeningen vormen de kaft van het projectboek.
- De vorm van de klokjes lag niet vast. Elke leerling mocht er zijn eigenheid in stoppen.
conceptualiseren
- Leerlingen hebben hun buurt (en bij uitbreiding een stukje van de wereld) vroeger en nu met elkaar vergeleken. ‘Ze hebben nu een realistischer beeld van vroeger, al blijft dat iets heel abstracts voor zulke jonge kinderen.
analyseren
- Tijdens het bezoek aan de Begijnengracht vergeleken de leerlingen de huizen uit de verschillende periodes: soms was een rode gevel in de mode, dan weer een trapgevel of een fronton. Hoe kan je zien dat het vroeger winkeltjes waren? Waar zouden de rijke begijnen wonen, waar de arme?
Dragers
lichaam
- Klei voelen.
voorwerpen
- Kroontjespen, schrijven met een veer, bisterinkt.
taal
- De oude verhalen van de vertellers, de verhalen die de kinderen neerschreven.
Grafische tekens
- Tekens en symbolen.