Kunstkuren bij de buren: 'We smelten stilaan samen tot één team'
Na even wikken en wegen besloten de Vrije Basisschool Ten Parke en de Kunstacademie uit Torhout samen een Kunstkuur te wagen. De leerlingen van de tweede en derde graad werkten er via toneel en muziek haast ongemerkt hun vaardigheden in begrijpend lezen en Frans bij. We spreken een handvol enthousiastelingen die zich stilaan voelen samensmelten tot één enkel team.
Directeur Leen Langenbick van de Kunstacademie voor Muziek, Woordkunst en Dans knoopte gesprekken over mogelijke Kunstkuren aan met de dertien basisscholen in de buurt. Met Basisschool Ten Parke was de klik instant. ‘We hebben de noden van de school bekeken én hoe wij als academie van haar expertise konden snoepen.’ Snel bleek dat begrijpend lezen in Ten Parke hoog op de agenda stond. Het vijfde leerjaar zou daaraan kunnen sleutelen via toneel en woordkunst. Intussen zou de tweede graad een muzikaal eerste taalbad Frans krijgen.
Stilaan groeien
Op hun allereerste projectdag mochten alle leerlingen van het vijfde het podium van de academie op. Eerst allemaal samen, dan in groepjes, tot slot alleen: maak je klaar, kom op, doe je ding, groet, ga weer af. ‘In het begin durfden ze niet goed’, vertelt juf Sanne Deklerck. ‘Maar we zagen snel hoe ze in die dingen groeiden.’ Ook de leerkrachten kenden een groeitraject. Sanne: ‘De eerste ideeën kwamen van Marieke, de dramaleerkracht. Wij hadden wel inbreng, en gaven haar bijvoorbeeld tips over hoe ze de klasgroep of individuele leerlingen het best benaderde. Zelf drama-activiteiten bedenken vonden we moeilijker: die basis ontbrak bij ons. We hebben veel meegedaan, om de opdrachten zelf te ervaren. We schreven ook alles nauwgezet op, om na de Kunstkuur zelf met het materiaal in de klas aan de slag te kunnen. Nu we bijna een half jaar bezig zijn, merken we hoe hard we daarin al veranderd zijn en vullen we elkaar veel beter aan.’
Spelend filosoferen
Nu werken de leerlingen in groepjes aan een aantal theaterscènes. Kinderen die graag bezig zijn met tekst, gaan met dialogen aan de slag. Andere klasgenoten knutselen graag, houden van techniek en computers of vertrekken het liefst vanuit beweging. Sanne: ‘Ze vertrekken van dezelfde tekst, maar elk groepje bereikt vanuit die eigen interesses een totaal ander resultaat.’ Zo werkten ze rond het thema ‘moeten en mogen’: je durft iets, je doet iets. Wat mag en wat moet? Wat is het verschil tussen beide? Directeur Sylvia Deschacht van Ten Parke: ‘Op slag waren ze aan het filosoferen. We moeten naar school, zeggen ze. Maar de meesten komen graag, dus zeggen ze dan niet beter: We mogen naar school’?
Iedereen leert anders
Verschillende vakken en vaardigheden die in elkaar overgaan, volop van elkaar plukken en zo het culturele bewustzijn versterken, is ook een stokpaardje van leerkracht muziek en Franse initiatie Nele Devos. ‘Wanneer ik met de tweede graad van een prentenboek vertrek, bekijken we eerst de kaft: wat vinden we daar? Wat kan die ons vertellen over de inhoud? Zo leren ze hypothesen vormen. Of we vertrekken van een Frans lied. Wanneer ze dat voor het eerst horen, verstaan ze er niets van. Toch laat ik hen nadenken over wat het lied vertelt. Ze luisteren naar de toon - is het vrolijk of droevig? Wat zeggen de gebaren waarmee ik het lied ondersteun? Misschien hebben ze hier en daar een woord begrepen dat ze nog kennen van een vorige keer…’ Nele is zich er erg bewust van dat niet alle leerlingen het vlotst leren door kijken en horen. ‘Sommige kinderen zetten kennis gemakkelijker vast als ze erbij kunnen bewegen. Of ze zijn geholpen door muziek. In mijn lessen combineer ik dat allemaal.’
‘Het project duurt in totaal drie jaar, en ik ben ervan overtuigd dat we in de loop daarvan almaar meer zullen samensmelten tot één enkel team’
'C'est pas grave, juf!'
Juf Maike van de tweede graad vertelt een anekdote waaruit blijkt hoezeer de leerlingen hun vakoverschrijdende kennis en vaardigheden omarmen. Onlangs maakten ze bij Nele kleine toneeltjes rond frases zoals ‘comme ci, comme ça’ en ‘c'est pas grave’. ‘Toen ik daarna per abuis met alcoholstift op het whiteboard schreef, susten ze: Mais c'est pas grave! Vooral als ik domme dingen doe, hebben ze hun Franse kennis paraat’, lacht ze.
Wederzijdse feedback
Alle betrokkenen zijn het intussen gewend om elkaar feedback te geven. Misschien loopt er eentje wat hard van stapel, waardoor de leerlingen zich overweldigd voelen? Dan kaarten de collega’s dat aan, en wordt er wat gas teruggenomen. ‘Feedback krijgen is belangrijk’, vindt Nele. ‘Het helpt ons ook om voor de leerlingen een veilige leercontext te creëren.’ Leen Langenbick: ‘We hebben nog maar één semester Kunstkuur achter de rug, maar ik voel nu al hoe de teams naar elkaar toe groeien. Het project duurt in totaal drie jaar en ik ben ervan overtuigd dat we in de loop daarvan almaar meer zullen samensmelten tot één enkel team.’
Tips van juf Nele en Maike
- Denk out of the box. Elk kind leert anders, elke intelligentievorm boor je anders aan. En dus is het belangrijk om geregeld van didactische werkvorm te veranderen, zelfs als je daarvoor je handboek wat meer moet loslaten.
- Werk met muziek. Muziek activeert een ander deel van de hersenen en wanneer dat wakker wordt, activeert het op zijn beurt weer andere, sluimerende delen van de hersenen.
- Integreer zoveel mogelijk lessen met elkaar. Werk je rond Sinterklaas, doe dan een pietenparcours in de turnles en doe een deel ervan in het Frans.
- Verzamel, zoek, leer. Nele bezorgt ons telkens haar lesvoorbereidingen en materialen. Zo kunnen wij er na de Kunstkuur ook zelf mee aan de slag. We zoeken zelf naar extra aansluiting bij onze ZILL-doelen.
- Zet elkaars talenten in. Niet iedereen kan gitaar spelen of kan even goed met zang uit de voeten. Help je collega’s waar je kan, neem elkaars klas even over, vraag raad en hulp bij onderdelen waar jij je minder sterk in voelt
Tips van directeur Sylvia en Leen
- Speel in op talenten. Ook het kind van wie je bij wijze van spreken grijze haren krijgt, heeft zijn of haar specifieke talent. Probeer te zoeken hoe het dat kan inzetten. Er is altijd iets waarmee een kind kan bijleren.
- Breng de goesting over. Dat staat voorop.
- Ga als academie in gesprek met scholen. Naar elkaar toegaan, naar elkaar luisteren, weten waar de wederzijdse noden liggen, waar de visies overlappen: dat is allemaal veel waard.
Versterk cultureel bewustzijn in de klas.
Wil je meer inzetten op cultuur in jouw klas? Ontdek hoe.
Culturele vaardigheden
waarnemen
- De leerlingen liggen op de grond en luisteren naar rustgevende muziek. Ze voelen wat de muziek met hun lichaam en geest doet, hoe ze er rustig van kunnen worden.
- De leerlingen zitten verspreid in een park. Ze kijken gedetailleerd rond en schrijven op wat ze zien.
verbeelden
- De leerlingen spelen het spel ‘Commando’ bij Franse initiatie. Ze lopen rond, krijgen opdrachten, voeren die uit met een bijhorende beweging.
- De leerlingen krijgen een scène van een toneelstuk. Ze lezen de dialogen en zetten die om in een stukje beweging of dans.
- De leerlingen leren de uitdrukkingen ‘partez!’ en ‘va-t’en!’. Per twee komen ze voor de klas en beelden uit. De één speelt een monster, de ander jaagt het monster weg.
conceptualiseren
- De leerlingen zingen een lied in het Frans. Ze hebben geen voorkennis, dus ze begrijpen nauwelijks iets. De leerkracht helpt hen zoeken en interpreteren. ‘Waar zou dit lied over gaan?
analyseren
- De leerkracht laat ze zoeken naar zogenaamd transparante woorden: van welke woorden kunnen we de betekenis afleiden aan de hand van een woord dat we kennen in het Nederlands?
Dragers
lichaam
- Bij Franse initiatie krijgen woorden en begrippen ondersteuning van een beweging of gebaar
- In de dramales leren leerlingen rustig en zelfverzekerd het podium nemen.
voorwerpen
- In de dramales werken leerlingen een theaterscène uit aan de hand van voorwerpen die ze in elkaar knutselen.
- Een ander groepje gaat met de computer aan de slag. Ze nemen geluiden op en gaan aan de slag om een luisterspel te maken.
taal
- Een groepje dat in de dramales het liefst rechtstreeks met de tekst aan de slag gaat, begint meteen dialogen uit het hoofd te leren en de scène uit te beelden. De tekst wordt geanalyseerd, er wordt gefilosofeerd over de verschillende gevoelens in het verhaal.
Grafische tekens
- Bij Franse initiatie vertrekken de leerlingen van een boek. De leerkracht wijst hen om te beginnen op de titel, spreekt hem uit: valt het hen op hoe anders we geschreven woorden uitspreken in het Frans, vergeleken met Nederlands?