Leerlingen ontdekken kunst via de schatten van de stad
Na tweeënhalf jaar Kunstkuur is de aangrenzende Academie Beeldende Kunsten, niet meer weg te denken uit de basisschool Het Groene Eilandje in Antwerpen Dam. Drie jaar lang neemt Goele van het dko er samen met de leerkrachten van het eerste, tweede en vierde leerjaar, twee uur per week, de muzische lessen op zich. De lessen worden samen voorbereid, uitgeprobeerd, gegeven aan de leerlingen, bijgewerkt en vervolgens doorgegeven aan de hele school. Via de stedelijke context en al haar schatten maken de leerlingen kennis met wat beeldende kunsten voor hen kunnen betekenen.
Kunst als toegang tot de wereld
Voor Het Groene Eilandje is muzische vorming meer dan mooie en creatieve werken maken. De taal van de kunsten en het creatieve proces bieden een andere manier om onszelf, elkaar en de wereld rondom ons beter te leren kennen. De expertise die de leerkrachten hiervoor nog missen vinden ze naast de deur in de aangrenzende Academie Beeldende Kunsten. Het is de aanleiding van een mooie en vruchtbare samenwerking.
Inktvlek
De scholen kiezen ervoor om te werken vanuit het principe van een inktvlek: een geconcentreerde druppel inkt die zich verspreidt over een groter absorberend oppervlak. In de eerste fase ligt de focus op de inkt: de opbouw van ‘een stevige rugzak’. Drie leerkrachten met enorm veel goesting in het project, nemen de rol op zich om materiaal en kennis op te bouwen waar de hele school van kan meegenieten. Hun engagement wordt ondersteund met lesvrije uren om samen met Goele de nieuwe lessen uit te werken. De ruimtes van de academie zorgen voor een vruchtbare voedingsbodem. De eerste twee jaar gaan de lessen immers door in het naburige gebouw. De leerlingen worden er geprikkeld door de talrijke voorbeelden van kunst, de rijkdom aan materiaal en de plaats om er onbelemmerd mee aan het werk te gaan. De academie is alvast geen vreemde plek meer voor hen.
‘Ik heb de leerkracht nodig om te weten wat er leeft in de klas, en wat een leerkracht zelf kan bieden. Zo kan de les ook echt van hem of haar zijn’
Pingpong
Dankzij de lesvrije uren kan het co-teachen beginnen bij het begin: Wat willen we bereiken? Rond welk thema gaan we werken? Welk materiaal willen we leren gebruiken? Welke vaardigheden komen hierbij aan bod? Waar zitten de kansen tot reflectie? … Op basis van deze brainstorm steken ze samen een lessenreeks ineen, telkens voor drie weken. De inbreng is 50-50, het denkproces 100% gedeeld. Goele vergelijkt het met een pingpong spel: ‘Ik heb de leerkracht nodig om te weten wat er leeft in de klas, en wat een leerkracht zelf kan bieden. Zo kan de les ook echt van hem of haar zijn.’ Leerkracht David beaamt: ‘Elk heeft zijn deel in het aanleveren van materiaal, we vulden elkaar aan.’
Samen voor de klas
Na de voorbereiding staan ze samen voor de klas: de eerste twee jaar in de lokalen van de academie, het laatste jaar in de eigen klas. Ook hier is de inbreng complementair en gelijkwaardig. ‘Goele doet meer de artistieke kant van de zaak’ vertelt David. ‘Zij laat kunstenaars passeren, vertelt erover en brengt ideeën aan. Ik ondersteun in materiaal, in klashouding, klasmanagement of individueel bij de kinderen.’ Op andere momenten komt de muzische input van de klasleerkracht. Zo brengt leraar David zijn expertise in bewegen en muziek binnen in de lessenreeks rond beroepen en plekken in de stad. Een leerling vertelt: ‘We stonden per vier in een kring en maakten bewegingen die het beroep uitbeelden, in het groot of klein. Dat was fijn.’ Goele doet mee en leert hoe beweging ook deel kan zijn van een les beeldende kunst.
Expressie en inspiratie
De eerste les van iedere reeks draait om het experimenteren met materiaal. ‘Het experimenteren was voor ons nieuw, het doe maar, zie maar’ vertelt leerkracht Siegried. Lana vult aan: ‘Vooral die focus op het proces, zonder beoogd resultaat.’ Voor David is het een bevestiging dat dit de manier is waarop je tot een heel divers eindproduct komt. ‘Dat kinderen niet naar een voorbeeld toewerken, maar naar hun eigen ding vanuit inspiratie.’ Hij denkt hier bijvoorbeeld aan de zelfportretten. ‘Hun karakter komt in de portretten naar voor. Bij sommigen is het meer naar het leven, concreter, anderen worden abstract, en nog anderen gaan los met waar ze de mond en ogen zetten.’ De leerlingen merken het verschil: ‘We leren samenwerken en ook losser en zelfstandiger werken. Goele legt de technieken uit en wij mogen dan zelf actie ondernemen, zelf bedenken bijvoorbeeld hoe we een stilleven tekenen en van welke kant.’
Beweging in de stad
Voor de inspiratie trekken ze stad in, ze bekijken de graffiti in het naburige skatepark, bezoeken het MAS, observeren de circulatie in de stad. Alle aspecten van de stedelijke omgeving komen aan bod, van beroepen tot wat er leeft onder de grond. De thema’s geven stof tot nadenken en verscherpen de blik. Zo herkent een leerling tijdens een wandeling ‘dat is die plek uit het verhaal van Nello en Patrasche!’ De geleerde woordenschat komt terug in andere lessen: ‘Juf, dat is associëren’, of ‘hé, dat is een compositie’. En natuurlijk is er ook de creatieve neerslag van dit alles: vormen gemaakt van afval, een stopmotion film, graffiti in de stijl van Banksy, zelfportretten à la Picasso, stillevens van bloemen, of meer abstract, een spel van kleurrijke lijnen op een zwart blad die de circulatie in een stad weergeeft. De leerkrachten zien hoe gaandeweg de culturele expressie van de leerlingen vergroot.
Klasmanagement is ook een kunst
Voor Goele is vooral de manier waarop de leerkrachten omgaan met hun klas erg leerrijk. Op de academie zijn de groepen kleiner, exclusiever en minder divers. Op het vlak van taal bijvoorbeeld, of qua zorg die een leerling nodig heeft. ‘In een klas is dat een ander paar mouwen,’ zegt Goele. ‘De klas staat vol met banken, rugzakken, je hebt geen prikbord. Hoe verdeel je potjes water bijvoorbeeld? Dat vraagt een ander soort organisatie.’ Als mens neemt Goele mee ‘hoe elk kind omarmd wordt.’ Ook ziet ze hoe leerkrachten de kinderen vormen en daarbij vertrekken vanuit wat iedere leerling daarvoor nodig heeft. ‘Soms moet je als leerkracht een stap terug nemen. Dingen die voor mij evident zijn, zijn dat niet per se voor een leerling, dat heb ik hier ook geleerd.’ En tot slot, dat je met beperkte middelen en logistiek ook veel kan bereiken.
De vlek wordt groter
In het derde jaar verhuizen de muzische lessen naar de school. De opgedane ervaring is nu stevig genoeg om te planten in de klascontext en te verspreiden in de bredere school. De eerder uitgewerkte lessen worden hernomen, al dan niet met nieuwe element, en samen met de parallelleerkracht gegeven. Goele neemt niet langer het voortouw. Zij coacht, stuurt bij, geeft inspiratie waar nodig. De feedback achteraf wordt mee opgenomen in de uitgebreide lesvoorbereiding. Iedere les is immers stap voor stap gedocumenteerd, met tekst en foto’s en beschikbaar voor alle leerkrachten op het online platform van de school. ‘Vanaf nu gaat deze aanpak in elk leerjaar een aantal keer aan bod komen’ stelt David. ‘De bestaande lessen worden ingezet, of we gaan aan de slag met een les. We hebben nu voldoende basis om dit zelf uit te werken.’
Proeverij
En daar blijft het niet bij. Met de leerwandeling, bijvoorbeeld, kunnen nog meer leerkrachten proeven van de expertise. Hierbij geven de leerkrachten met ervaring gelijktijdig één van de lessen die ze samen met Goele maakten. De rest van de school volgt per klas 10 minuten mee en focust hierbij op een aantal vooraf bepaalde aandachtspunten. Projectcoördinator van de Kunstkuurprojecten in Antwerpen, Joke Klaassen, is blij te zien hoeveel de leerkrachten oppikken van de samenwerking: ‘De aandacht voor het procesgerichte, een andere rijkere beeldtaal, bij leerkrachten én leerlingen.’ Het sterkt haar in wat een Kunstkuurproject kan verwezenlijken.
De weg naar de Academie
Op vraag van de school voorziet de academie extra naschoolse lessen voor de leerlingen van de school. Zo krijgen ook de kinderen uit de buurt de kans om zich in te schrijven in de felbegeerde lessen. Verschillende leerlingen volgen er al tekenlessen en ook enkele leerkrachten zijn daar na hun uren te vinden. De komende jaren hoopt de school naschoolse lesuren aan de academie nog te vergroten. De weg ernaartoe zal sowieso blijvend getoond worden.
Tips van Joke, projectcoördinator Kunstkuur
- Voorzie voldoende tijd voor overleg.
- Denk na over de identiteit van de school: Waar zit je? Waar ben je mee bezig? Wanneer je de Kunstkuurlessen hieraan koppelt, vormt het project een geheel. Voor leerkrachten is het dan ook een logischer verhaal en gemakkelijker om dit aan hun lessen toe te voegen.
- Denk na over hoe je cultureel bewustzijn gaat aanpakken: Doen we dat al? Waar willen we leerlingen bewuster in maken? Vertrek vandaaruit ook bij de aanvraag.
- Een grote betrokkenheid van de directie is een absolute meerwaarde.
- Maak het opzet en verwachtingen van het project heel duidelijk naar de hele school toe.