Weg van de stad – Micromuseum
Zeventien kinderen uit het vijfde en zesde leerjaar staan voor het 19de-eeuwse schilderij Maria Magdalena van Alfred Stevens. ‘Ik vind haar griezelig! Kijk naar die ogen!’ Ze dopen het schilderij The Killer. Ze verzinnen er verhalen, bewegingen en geluiden bij. De Gentse basisschool De Toverberg werkte rond beweging en geluid ín het museum.
‘Onze school werkt al jaren samen het Onderwijscentrum Gent, het Museum voor Schone Kunsten Gent (MSK) en MUS-E Belgium. ‘We wilden afgelopen schooljaar dan ook graag iets doen met kunstenaars van MUS-E ín het MSK’, legt directeur Esmeralda Verton uit. ‘Ook wilden we graag een link leggen met ons project creatief schrijven en het thema van de jeugdboekenweek. Zo ontstond er vanzelf een rode draad door het schooljaar.’ Alle betrokken partijen schaarden zich rond de tafel en het idee voor Weg van de stad – Micromuseum kreeg vorm.
‘We hebben veel leerlingen uit kansarme gezinnen, veel nieuwkomers ook. De meesten komen dus niet snel in aanraking met wat we de hoge kunsten noemen: opera, musea … voor onze kinderen en hun families is de drempel gigantisch hoog. Vandaar dat De Toverberg meer dan gemiddeld aandacht schenkt aan kunst en cultuur.’
De moordenaar en de boom
Met danseres Joyce Denooze en geluidskunstenaar Elias Vervecken van MUS-E trokken de leerlingen verscheidene keren naar het MSK. Ze kozen er drie schilderijen die hen om de een of andere reden bijzonder aanspraken. ‘Ik word bang van dat schilderij’, vertelt een meisje over het doek van Alfred Stevens. ‘Je merkt dat er iets heel ergs zal gebeuren. Misschien is het meisje aan het picknicken met een moordenaar, maar weet ze dat nog niet …’ De kinderen staan stil bij het schilderij en fantaseren erop los. Hoe zou je zelf kijken als je dat meisje was? Hoe zou je reageren als iemand zo naar je keek? Welke geluiden vind je bij de situatie passen?’ De vondsten van de kinderen liepen soms uiteen, maar waren altijd verrassend. ‘En totaal anders dan die van volwassenen.’
Een tweede schilderij. De zonnige boom van Emile Claus. Wat roept de boom bij je op? Doe hem eens na? Welke geluiden kunnen we hierbij maken? De kinderen gaan aan de slag. Ze tikken en schuiven op de grond. Ze breken stukjes van houten fruitkistjes af – ze hakken de boom om. ‘Ze hebben geleerd dat een museum niets is om bang voor te zijn. Ze weten nu dat je meer kunt doen met een schilderij dan er na een vluchtige blik snel aan voorbij lopen. Dergelijke projecten werken absoluut drempelverlagend en democratiserend’, vindt Esmeralda Verton.
Moeilijk, maar blijvend
‘Het onderdeel rond beweging vonden veel leerlingen erg moeilijk en abstract. Er is een moment geweest dat ze het even niet meer zagen zitten, omdat ze niet goed snapten waar het allemaal naartoe zou leiden’, zegt de directeur. ‘Ze zijn daar uiteindelijk wel doorgekomen en iedereen was tevreden met het resultaat, maar eenvoudig is het niet altijd geweest.’ Geluiden verzinnen en opnemen bleek een bevattelijkere oefening. ‘Daar konden ze veel sneller inkomen.’
Maar het is niet omdat iets met hier en daar een strubbeling verloopt, dat het niet waardevol is. ‘We hebben al vaker gemerkt dat onze creatieve projecten voor blijvende herinneringen zorgen en effecten hebben op de langere termijn. Er gaan werelden voor de kinderen open, waar ze dingen uit plukken die ze voor altijd met zich mee zullen dragen. We merken het duidelijk als we zelf toonmomenten organiseren, bijvoorbeeld op onze schoolfeesten. Vroeger bestonden die vooral uit de typische opeenvolging van dansjes. Nu zit er allerlei tussen: stop motion-filmpjes, video, een flashmob, een schimmenspel, foto’s die ze digitaal hebben laten verouderen …’ Zowel de kinderen als de leerkrachten komen met frisse ideeën, die rechtstreeks of onrechtstreeks uit de projecten zijn voortgekomen. ‘Iedereen denkt nu veel meer buiten de traditionele kaders.’
Tips voor leerkrachten
- Werk buiten de muren van de school, liefst op een ongewone locatie.
- Als je iets opzet, doe het met partners. Ga met hen samenzitten: hoe meer ideeën hoe beter. En participeer in wat ze aanbieden, kijk niet louter toe van aan de zijlijn.
- Evalueer samen. Loopt er iets minder goed dan verwacht, zeg dat ook. En luister tegelijk naar de standpunten van de ander. Elk traject heeft zijn moeilijkere momenten. Een open dialoog is ontzettend belangrijk om daar oplossingen voor te vinden.
- Ga doordacht te werk. Op die manier wordt elke opdracht zinvol.
- Verras. Wij deden ooit een project rond stenen. Je staat ervan te kijken wat een stomme steen allemaal kan betekenen of teweegbrengen. Met de juiste begeleider krijg je de kinderen helemaal in die nieuwe wereld mee. Zo’n ervaring blijft aan hen kleven voor de rest van hun leven.