Max wil naar sprookjesland
Een toneelstuk in elkaar steken voor het 5de en 6de leerjaar, hoe begin je daar aan? En hoe organiseer je dit bovenop het jaarlijkse schoolfeest, het grootouderfeest en alle andere activiteiten? De Vrije Basisschool Bolderberg vond dat het hoog tijd was voor meer cultuur op school en sloeg samen met de ouderraad de handen in elkaar. Max wil naar sprookjesland, kom je mee?
Op zoek naar ondersteuning
Omdat het opzetten van een theaterproductie veel tijd en kennis van zaken vraagt, ging de school op zoek naar externe partners in de directe omgeving van de school.
‘Roger van Klein Theater Bolderberg, het plaatselijke amateurtheater, zette zijn schouders mee onder het project. Hij heeft ons in gang gezet. Zijn jarenlange ervaring in het organiseren van theaterstukken was onmisbaar. Zo hielp hij ons fantastisch bij het decor, bij de belichting, geluid en schmink. Ook maakte hij ons wegwijs met SABAM, bij het maken van het programmaboekje, met het zoeken naar sponsors en alle andere zaken waarmee je rekening moet houden bij het opstarten van een toneelvoorstelling.’
‘Ook maakten we kennis met Willy die ook in de gemeente woont. Hij heeft een rijke ervaring als regisseur. Nu met pensioen, vond hij de tijd om met onze leerlingen het toneelstuk te regisseren. Het is trouwens de eerste keer dat hij een toneelstuk regisseert met kinderen, en hij doet dat wonderwel. Hij beschikt over een geweldig grote dosis geduld en de kinderen leveren geweldige prestaties door zijn begeleiding.’
Iedereen doet mee
‘Om heel de school warm te maken voor het toneelstuk van de derde graad, organiseerden we drie creadagen in samenwerking met CC MUZE, een lokale partner met wie we eerder samenwerkten. Deze dagen stonden volledig in het teken van toneel. In een doorschuifsysteem doorliepen de leerlingen workshops in de verschillende muzische domeinen. Het doel van deze dag was dubbel: zoals gezegd enerzijds om de leerlingen warm te maken voor het toneelstuk, maar anderzijds ook om via de externe partners van CC MUZE nieuwe inspiratie op te doen om zelf met de kinderen rond toneel aan de slag te gaan.’
Alle leerlingen van het lager volgden 6 workshops: 4 korte van 45 min (theater, literatuur, muziek, dans) en 2 lange van 90 minuten (beeld en media). Bij theater werkten we rond drama: je inleven, improviseren en acteren. Bij literatuur rond poëzie: werken met taal, eigenschappen van gedichten, een gedicht maken, een poëtische tekst schrijven… Bij muziek maakten we een lied over sprookjesfiguren en maakten we kennis met ‘body drummen’. Dat zijn ritmische klap/stap/knip-oefeningen met je lichaam. Bij dans leerde onze LO leerkracht Jenny enkele leuke volksdansen aan in de bovenbouw. De onderbouw heeft een toffe les gehad waarbij de leerlingen zich moesten inleven in sprookjesfiguren en hun typische bewegingen uitvoeren op muziek.
Bij beeld tekenden we sprookjesfiguren in verschillende technieken (zwart/wit, met waterverf, wasco, pandakrijt…) en bij media dachten we met de bovenbouw een eigen scenario dat we uitwerkten: acteren/filmen/geluid opnemen… De onderbouw maakte een stop-motion filmpje met fototoestellen.
Wie doet er wat?
‘Samen met Willy en Roger zijn we op zoek gegaan naar een bestaand toneelstuk op maat van onze doelgroep. Ook moest het een stuk zijn waar zoveel mogelijk kinderen een rol in konden spelen. Dat hebben we gevonden met “Max wil naar sprookjesland”.’
‘De leerlingen konden kiezen waaraan ze het liefst meewerkten: acteren, zang, dans, tekenen, decor… Om de rollen van het toneelstuk te verdelen hielden we een auditie. Voor de kinderen hielden we echter de titel en het verhaal van het toneelstuk geheim. We wilden niet dat ze gefixeerd geraakten op een bepaalde rol. We hamerden er ook hard op dat elke rol even belangrijk is. Dat is ook zo, want zonder dansers, figuranten, presentatoren, decor, posters of inkomkaarten lukt het niet. Iedereen maakt een even belangrijk deel uit van het geheel. Toneel maak je samen!’
‘Op de auditie konden de kinderen iets vrij naar voren brengen, zo zongen velen een liedje of brachten ze een zelf gekozen gedicht. Zo selecteerden we een 20-tal rollen.
Om dit toneelstuk te laten slagen hadden we echter meer nodig dan zangers, dansers en acteurs! Ons sprookje had lakeien nodig die de mensen naar hun zitplaatsen begeleiden, we hadden entertainers nodig om het publiek tijdens de pauze te verrassen, grafisch ontwerpers voor de inkomkaarten, creatievelingen voor het decor en zaaldecoratie en natuurlijk ook presentatoren om het toneelstuk een gepaste inleiding te geven.’
In volle vaart
‘Terwijl Willy de acteurs in spé begeleidde bij het inoefenen van hun rol, werd de groep die voor dans koos begeleid door dansdocente Ann Smeets. De groep die voor zang koos werd begeleid door Irène Eerdekens van het koor van Bolderberg. Omdat het toneelstuk origineel geen liedjes bevatte, schreef zij zelf liedjes voor het toneelstuk en leerde deze aan. Wekelijks werd er geoefend.’
‘In de laatste week voor de opvoering van het toneelstuk hielden we bijna iedere avond na school generale repetities. Hiervoor konden we gebruik maken van de parochiezaal ietsje verder in de straat. Het toneelstuk werd voor de eerste keer volledig gespeeld, de dansstukken en de liedjes werden er netjes in gepast, de belichting werd geoefend en het geluid werd perfect getimed. Ook de decors werden voor het eerst op het grote podium geplaatst zodat de decorwissels dagelijks geoefend konden worden.’
Een groot succes
‘Het toneelstuk werd een groot succes! De twee geplande voorstellingen moesten we uitbreiden naar een derde voorstelling wegens groot succes. De leerlingen waren enthousiast en blij met hun prestatie. We hopen dat we een creatief zaadje hebben geplant en dat velen van hen misschien ooit hun weg zullen vinden naar de plaatselijke toneelvereniging of zelfs verder.’
‘Bij ons smaakt het al vast naar meer! Om alle kinderen van de derde graad de kans te geven om deel te nemen aan het totaalspektakel, plannen we het toneelstuk om de twee jaar te organiseren. We kijken uit naar onze volgende theaterproductie!’
Tips van juf Jenny en juf Ann
- Zoek lokaal naar externe partners. Zo wordt het project lokaal gedragen en heel het dorp leeft mee. Je leert elkaar beter kennen en je weet elkaar nu ook te vinden voor andere projecten.
- Sla de handen in elkaar met de ouderraad. Samen sta je sterk en maak je concreet werk van ouderparticipatie. Bij de organisatie van een toneelstuk maken vele handen het werk lichter.
- Ga op zoek naar een regisseur met veel geduld! Omgaan met een grote groep kinderen vraagt om superkrachten!
- Begin met een aantal toneellessen voordat je de rollen gaat verdelen. Zo krijgt iedereen een initiatie in acteren en ontdek je talenten bij leerlingen die je misschien eerst niet zag.
- Werk met een souffleur onder het podium voor tekstondersteuning. Zeker bij grotere producties. Kinderen voelen zich meer zelfzeker als ze weten dat ze op steun kunnen rekenen.
- Laat de leerlingen zoals echte reporters foto’s en verslag maken van proces. Zo zijn ook de podiumschuwe leerlingen betrokken bij het project en zo werk je aan taal en mediawijsheid.