33 korte werkvormen voor de boekenkring
Zoek het niet te ver. Leesplezier bevorderen kan eenvoudig met deze werkvormen. Het doel van deze werkvormen is het bevorderen van de leescultuur in de groep. Alle werkvormen zijn geschikt voor het lager onderwijs en zijn aanpasbaar op leeftijd en leesniveau.
1 Boekensushi
(beeld je een lopende band met boeken in die voor de leerlingen langs gaat). De leerlingen zitten in een kring. Iedere leerling heeft een nieuw boek voor zich liggen. Op het signaal van de leerkracht krijgt iedereen 2 minuten om in het boek te lezen. Daarna wordt het boek doorgegeven naar de volgende leerling. Iedereen heeft nu weer een nieuw boek en leest daar opnieuw 2 minuten in. Weer doorgeven, weer lezen.
Na 6 minuten heeft iedereen kennisgemaakt met 3 boeken. Is er een boek dat je helemaal wilt lezen. Wie werd er enthousiast over een boek?
2 Voorspellen
Een leerling laat een boek zien dat hij/zij gelezen heeft. De andere leerlingen moeten voorspellen waar het boek over gaat. ‘Waar zal het verhaal over gaan? Wat verwacht je? Wie spelen een rol in het boek?’ De leerlingen moeten hun antwoorden motiveren. Eerst worden verschillende antwoorden geïnventariseerd, pas daarna vertelt de leerling of de verwachtingen kloppen, door kort te vertellen waarover het boek gaat.
3 Top 10 (of Top 5)
Leerlingen maken in groepjes een top 10 van de boeken die zij gelezen hebben. Dit wordt met de hele groep gedeeld en vervolgens wordt één gezamenlijke Top 10 gemaakt. Het geeft niet als niet iedereen alle boeken kent. Leerlingen proberen elkaar te overtuigen van hun eigen voorkeuren.
4 Speeddaten met boeken
De leerlingen kiezen elk een favoriet boek dat ze willen voorstellen. Ze gaan in 2 rijen over mekaar zitten. In 1 minuut moeten ze hun boek presenteren aan de leerling tegenover hem en na 2 minuten schuift iedereen een plaatsje op. Op een invulformulier duiden ze met sterren aan welke boeken hen het meest aanspreken. Op het einde hebben ze een top 3 van boeken waar ze 1 uit mogen kiezen om te lezen. Praat vervolgens klassikaal na met de groep. Wie heeft er een goede tip gekregen? Wat voor boek is het? …
5 Schrijver op een voetstuk
Kies een schrijver waarvan verschillende leerlingen een boek hebben gelezen. Zorg ervoor dat je ook zelf ten minste één boek van deze schrijver las. Tijdens de Boekenkring vertelt je iets over de schrijver. Daarna bespreek je de gelezen boeken van deze schrijver met je leerlingen. Leg hierbij verbanden (thema’s, personages ...) met andere schrijvers en boeken.
6 Boekendans
De leerlingen lopen met een boek dat ze hebben gelezen door de ruimte, waarin muziek klinkt. Wanneer je de muziek uitzet, blijven ze stilstaan en gaan ze in gesprek met de leerling die dichtst bij staat. Ieder krijgt 1 minuut om zijn/haar boek aan de ander te promoten. Na 2 minuten gaat de muziek weer aan en gaan de leerlingen weer door elkaar lopen tot de muziek stopt. Zo worden in totaal drie rondjes ‘gedanst’.
7 Boekintroductie door de leerkracht
Laat het boek zien, vertelt er iets over en lees een aanstekelijk fragment voor. Wie het wil lezen, kan het meteen lenen. Voorwaarde is dat je het boek zelf hebt gelezen.
8 Leeskaarten
De leeskaarten zijn een instrument om leesplezier te delen met anderen.
Na het lezen van een boek, noteren de leerlingen hun leeservaring op het onderste deel van de leeskaart. Ze knippen de kaart in twee en steken het onderste deel van de leeskaart in het boek dat terug naar de boekenhoek gaat. Je kan ook kiezen om alle kaarten (per genre) op te hangen of er een slinger van te maken. Ze breng je de boekensmaak van een klas in beeld te brengen en nodigen je uit tot dialoog.
De leerlingen mogen het boek ook aanraden aan een klasgenoot, vriend(in), ouder(s), leerkracht ... Hiervoor vullen ze de postkaart (het bovenste deel) in en geven ze deze aan de juiste persoon. Deze mag het boek lezen en bewaart de kaart.
De leeskaarten zijn geïllustreerd door bekende Vlaamse illustratoren. Je kan ze gratis downloaden en printen.
9 Klinkt als...
Beeld een bekende boektitel uit met gebaren. Wie raadt als eerste om welke titel het gaat? (Makkelijker: toon een lijstje met titels op het bord en zeg dat het een titel is die daar tussen staat.) Waar ging het boek ook al weer over? Kunnen de leerlingen ook een titel uitbeelden?
10 Boekenposters
Laat elke leerling een poster vormgeven over zijn of haar gelezen boek. Je geeft best op voorhand een blad met criteria of richtlijnen waarop de poster beoordeeld zal worden. De creatieve invulling is aan de leerlingen. De bespreking van ieders poster brengt een gesprek op gang. Leuke boekenbabbels gegarandeerd!
11 Zoek de titels
hoe overleef ik - moord in - de brief - de gebroeders - voor de koning - verdwenen? - mijn eerste zoen - griezelverhaal - de dikke - Leeuwenhart - voorgoed - het allerlaatste - Istanbul - alleen - beer - hallo aarde - dat had je - Brussel - hier maan - de weg naar verandering - gedroomd - meester Jaap - mocht mee. Toon een heleboel trefwoorden over verschillende boeken op het bord. Naar keuze aan te passen met titels uit de (klas)bibliotheek. Welke woorden horen samen?
12 Teken de hoofdpersoon
Geef de leerlingen een stuk tekst uit een boek mee, waarin iets wordt verteld over het uiterlijk van de hoofdpersoon. Huiswerk: teken de hoofdpersoon en vertel (of onderstreep) welke aanknopingspunten uit de tekst je hebt gebruikt. Tijdens de Boekenkring worden de tekeningen en de teksten besproken. Wie wil het boek lezen?
13 Matchen
Schrijf een heleboel familienamen van auteurs kriskras op het bord. Wat is de voornaam van deze schrijvers? Beckman, Dahl, Lindgren, Daniels, Horowitz … Praat gerust over de boeken van een schrijver als je de voornaam gevonden hebt. Wil je het makkelijker maken? Noteer dan de voornamen erbij of werk met twee kolommen en vraag de leerlingen de voornaam bij de familienaam te zoeken. Moeilijker? Noteer namen en trefwoorden door mekaar en laat de leerlingen paren vormen die ze moeten motiveren, eerst per twee, daarna klassikaal.
14 Heftig!
Scan een aantal dramatische illustraties uit enkele onbekende boeken. Laat de leerlingen raden wat zich afspeelt. Toon dan het boek waaruit de afbeelding komt en vertel kort waarover het gaat. Wie wil het boek lenen?
15 Topdoos en flopdoos
Wat vinden de leerlingen hoogvliegers en welke boeken zien zij liever nooit meer terug? Breng een klasgesprek op gang door hen te vragen een gelezen boek in de top- of de flopdoos te leggen. Zo kunnen ze aan hun klasgenoten vertellen waarom het boek top of flop is.
16 Boekenzoeker
Ga naar boekenzoeker.be. Laat zien hoe je boeken over een thema kunt vinden. Ga ook naar ‘populair’ en ‘actuele onderwerpen’ en toon je leerlingen hoe ze hun mening over een boek kunnen delen en recensies kunnen lezen van andere kinderen. TIP: kijk vooraf of er een boek tussen staat dat onlangs door enkele leerlingen is gelezen.
17 Raden maar
Noem de namen van enkele hoofdpersonen en vraag de leerlingen op te schrijven in welke boeken deze personages voorkomen. Kan iemand nog vertellen wat voor iemand dit personage was? Of wat hij beleefde in het verhaal? Makkelijker: Geef een lijstje met titels en laat de leerlingen daaruit kiezen. Moeilijker: in plaats van hoofdpersonen noem je de namen van bijfiguren, of de namen van dieren die in het verhaal voorkomen.
18 Hoofdpersoon zoekt boek
Maak een set kaartjes met titels en een set kaartjes met bijbehorende hoofdpersonen van boeken die in de groep zijn gelezen. Geef ieder kind een kaartje en laat ze hun partner zoeken. Wie vindt zijn partner als eerste? Kloppen alle namen en titels? Vraag 1 of 2 koppels om iets te vertellen over het boek of het personage.
19 Liever informatief
Kopieer de inhoudsopgave van een informatief boek. Lees een stukje voor uit het boek en vraag de leerlingen wat de titel van dit boek zou kunnen zijn. Wat voor informatie zou je kunnen vinden bij het hoofdstuk met de titel …? Wie kan iets over dit onderwerp vertellen?
20 Lezen in het donker
Vraag je leerlingen eens om een zaklamp en een kussen mee naar school te nemen. Schuif alle tafels in het midden van de klas tegen elkaar aan, sluit de gordijnen, zet een klassiek muziekje aan op de achtergrond en ga allemaal (inclusief de leerkracht!) lekker onder de tafels, op je kussen met een zaklampje liggen lezen.
21 Boekenboom in de klas
Teken of schilder een grote boom en plak die op het prikbord. Bij ieder gelezen boek plakken de leerlingen een blad aan de boom met de titel en schrijver van het boek en een kleine opmerking, bijvoorbeeld: spannend boek, beetje saai, geheimzinnig, lezen dit boek ... Zo maak je zichtbaar hoeveel er gelezen wordt.
Geen zin in bladeren, gebruik dan de leeskaarten!
22 Boekbabbels
Is een leerling echt weg van een boek? Dan kan hij of zij zijn favoriet voorstellen op de boekbabbel. Je spreekt op voorhand af wie dit de volgende keer wil doen. Je kan het niveau aanpassen aan de leeftijd. Zo voorzie je best nog structuur voor het eerste leerjaar. Met pictogrammen vertellen je leerlingen wat ze er van vonden.
23 Rollenspel
Kort maar krachtig en na het samen lezen van een boek: Eén van de leerlingen laat zich door de groep interviewen in de rol van een personage uit het (voor)gelezen boek.
24 Blind date met een boek
Kies boeken uit waarmee de leerlingen ‘op blind date’ kunnen gaan. Het leukste is om boeken te kiezen die weinig gelezen worden, maar waarvan je weet dat het verhaal wel de moeite waard is!
Pak de boeken in met ondoorzichtig kaftpapier en schrijf er op ieder boek de eerste zin(nen) op (de openingszin) en een aantal trefwoorden. Stal de boeken mooi uit en laat de kinderen een blind date kiezen!
Bijvoorbeeld bij het boek Maan-zaak:
- Speelt zich af op de maan.
- Is er echt een moord gepleegd?
- Jongen in de hoofdrol.
Laat je leerlingen kiezen met welk boek ze een blind date willen. Laat ze hun keuze motiveren. Na het vrij lezen, kiezen ze of ze nog eens op date willen met het boek.
Extra leuk op Valentijnsdag, maar daten kan het hele jaar door. Lees de uitgeschreven werkvorm.
25 Boekentips voor de volgende groep
Laat je leerlingen een mooie aanbeveling schrijven van het beste boek dat zij dit jaar gelezen hebben. Eventueel met een tekening of collage. Verzamel de beschrijvingen in een map of bind ze in met een boekbindtechniek. De verzameling wordt ter inzage gelegd én wordt volgend jaar doorgegeven aan de leerlingen die dan in de klas komen.
26 Kort en krachtig
Lees een kort verhaal (eventueel een sprookje) of grappig gedicht voor. Wie wil het boek lenen?
27 Chambers vragenlijst
Geef iedere leerling een lijst met de vragen van Aidan Chambers. Leerlingen interviewen elkaar over een boek dat zij gelezen hebben door telkens (om de beurt) een willekeurige vraag van de lijst te stellen. Het gesprek duurt ongeveer 10 minuten. De leerkracht loopt rond en evalueert na 10 minuten de gesprekken met de groep.
28 Chambers kaartjes
Doe kaartjes met de vragen van Aidan Chambers in een doos. Laat de leerlingen allemaal hetzelfde korte verhaal lezen en voer daarna een gesprek over het verhaal door telkens een willekeurig kaartje te pakken.
29 Kaftencarrousel
Scan een aantal kaften van boeken en maak de titels onherkenbaar. Toon de scans op het bord. Wie weet de titels nog? Waar ging het boek over?
30 Een beeld zegt meer dan 1000 woorden
Kopieer een aantal afbeeldingen uit boeken die populair zijn in de groep en toon ze op het bord. Uit welke boeken komen deze afbeeldingen? Wie zie je hier? Wat gebeurt er? Wat heeft dit met het verhaal te maken?
31 Een boek voor jou
Leerlingen zoeken voor elkaar (per twee) een boek uit de (klas)bibliotheek. Vooraf praten zij 1 minuut met elkaar over de vraag welke boeken ieder graag leest (eventueel met behulp van de werkvorm ‘ping-pong’: twee kinderen zitten tegenover elkaar. De een vraagt, de ander antwoordt, de ander vraagt, de een antwoordt).
32 Proeven van boeken
Bouw de klas eens om tot een restaurant! Leg op ieder tafelgroepje een tafelkleed en kies van te voren een aantal bedienden uit. Zij serveren aan ieder groepje een dienblad met allerlei verschillende boeken, de boeken kunnen eenzelfde thema hebben, maar dat moet niet. De leerlingen mogen nu van de boeken ‘proeven’, ze bekijken de boeken en noteren welke boeken ze graag willen lezen. Na 5 minuten gaat er een kookwekkertje en worden de boeken weer op de schaal gelegd. De schalen worden per groepje gewisseld en het ‘proeven’ begint opnieuw.
Nadat de leerlingen alle boeken hebben bekeken maken ze een top 3 van hun favoriete boeken. De lijstjes worden ingeleverd en iedere leerling krijgt een gekozen boek.
33 Boekenbabbels op film
Een andere manier om kennis te maken met nieuwe boeken zijn de boekenbabbels op Why I love this book. Je vindt er filmpjes waarin leerlingen (lager onderwijs - secundair onderwijs) in 1 minuut vertellen wat ze van een boek vinden.
Zelf aan de slag:
- Laat je leerlingen zelf boekenbabbels opnemen. Dat kan bijvoorbeeld met een smartphone.
- Gebruik je zelfgemaakte boekenbabbels op de schoolwebsite of de site van de bibliotheek.
- Deel de boekenbabbels van je leerlingen op de Facebook-pagina van je school.
- literatuur en leesmotivatie
- taal(bevordering) en taalstimulatie
- / Basisonderwijs (lager en kleuter)
- Buitengewoon basisonderwijs
- Gewoon basisonderwijs (lager en kleuter)
- Secundair onderwijs
- Voltijds gewoon secundair onderwijs
