De geheugenbibliotheek
Lerarenopleider Koen Cools hield in het schooljaar 2017-2018 een blog bij voor het tijdschrift Klasse. In Klasse Magazine 012 (juni 2018) vertelt hij waarom hij zijn studenten ‘s avonds de stad injaagt. En hij legt meteen uit waarom hij de kaart trekt van meer cultuur op school.
De stad ervaren
“Moeten we in Antwerpen ’s avonds alleen de straat op?” Lap! Daar gaan we weer. Voor het derde jaar op rij duik ik met mijn studenten lager onderwijs voor enkele dagen de stad in. Samen met mijn collega’s dompel ik hen drie dagen onder in thema’s als cultuur, wereldburgerschap en superdiversiteit. Een mix aan inhoud en ervaring – binnen en buiten. Géén voorgeprogrammeerde stadswandelingen en géén didactische pakketten. Wél: de stad als lab, de stad ‘ervaren’, de stad ‘lezen’ en misschien … even verdwalen. Hoewel, de kans op dat laatste is niet heel groot. “Uiteindelijk is ’t hier ook maar een uit de kluiten gewassen dorp”, pleegt mijn collega-sinjoor wel eens te zeggen.
En dan is er die vraag. Voor het derde jaar op rij. “Moeten wij in Antwerpen ’s avonds alleen de straat op?” ‘Moeten’? Nee. Niks moet. ‘We’ en ‘alleen’ zijn bovendien twee woorden die niet verenigbaar zijn. ‘We’ is namelijk nooit ‘alleen’. De jaarlijkse vraag verraadt een oncomfortabel gevoel. Ja, een enkele student benoemt het letterlijk als angst. Het is een gevoel dat we ook deze keer au sérieux zullen nemen. Een gevoel dat we niet zullen weglachen of minimaliseren. Maar het is wel een gevoel dat niet strookt met de verwachtingen die we hebben bij de leraren van morgen. Het zijn zij die over anderhalf jaar kinderen zelf – soms letterlijk – mee op weg zullen nemen. Liefst zonder angst en met een open blik op de wereld.
Een rijk cultureel zelfbewustzijn ontwikkelen
En dus wil ik in onze lerarenopleiding – waarvan het verhaal momenteel voor de zoveelste keer inhoudelijk wordt herschreven – de kaart trekken van meer cultuur op school. Nee, begrijp me niet verkeerd, geen cultuur die enkel staat voor kunst, theater of muziek. Wel cultuur zoals de Nederlandse professor Barend van Heusden het beschrijft in zijn theorie Cultuur in de Spiegel. Hij stelt dat onderwijs ervoor kan zorgen dat kinderen en jongeren een ‘rijk cultureel zelfbewustzijn’ ontwikkelen.
Leraren hebben als taak om kinderen en jongeren “een rijke geheugenbibliotheek” te bezorgen. Ze moeten hun wereld opentrekken, hen kennis laten maken met dat wat zij nog niet weten. En ja, dat betekent dat ze regelmatig net niét zullen aansluiten bij die leefwereld en die talenten.
Aan de hand van enkele basisvaardigheden – waarnemen, verbeelden, conceptualiseren en analyseren – wil hij leerlingen laten reflecteren op hun eigen cultuur en die van anderen. Hij wil ze aan het denken zetten over de vraag ‘waarom’ mensen dingen doen. “Een gebrek aan cultureel kader kan leiden tot angst of racisme”, stelt van Heusden. Een basispijler in zijn theorie omschrijft hij met een van de schoonste woorden die ik de laatste jaren ben tegengekomen: de geheugenbibliotheek. Leraren hebben als taak om kinderen en jongeren “een rijke geheugenbibliotheek” te bezorgen. Ze moeten hun wereld opentrekken, hen kennis laten maken met dat wat zij nog niet weten. En ja, dat betekent dat ze regelmatig net niét zullen aansluiten bij die leefwereld en die talenten.
En die taak geldt dus ook voor ons, lerarenopleiders. Blijkbaar is die geheugenbiliotheek van sommige van onze studenten nog onvoldoende gevuld om op bepaalde vlakken kritisch, zelfstandig en gerust in het leven te staan. Of om over straat te lopen. Niet onlogisch, niet erg, niet ‘de schuld van’ maar wel een vaststelling. En dus zullen wij het theoretisch kader van professor van Heusden verder in praktijk brengen: de studenten ‘nieuwe’ situaties laten ervaren en ‘nieuwe’ kennis laten opdoen. Even weg van onder die kerktoren, weg van die zaken die ze vanuit zichzelf al zo vaak hebben bekeken. Niet vanuit een gevoel van minderwaardigheid, maar met als doel dat ‘rijke, kritische en complexe cultureel zelfbewustzijn’ te ontwikkelen.
‘De geheugenbibliotheek’. Ik heb mijn ‘woord van het jaar - 2018’ al gekozen.
Foto: © Jan Nijs