Muziek en performance vinden elkaar in het 3de leerjaar
Een muzikant, een performer en twee gemotiveerde leerkrachten, dat klinkt als de ideale match voor een geslaagd dynamoPROJECT. Samen met 34 leerlingen van het 3de leerjaar van de GO! Basisschool Mijlpaal onderzochten en ontdekten muzikant Winne Clement en performer Leen Dewilde niet alleen de natuurlijke omgeving van de school, maar brachten ze tegelijk hun artistieke expertise binnen op school.
‘Met dit dynamoPROJECT konden we twee disciplines binnenhalen in onze school waarin we zelf minder bedreven zijn: muziek en beweging/performance’, vertelt Vanessa Reygaert, directeur van GO! Basisschool Mijlpaal. ‘De leerlingen van het 3de leerjaar legden zo een artistiek traject af van 16 atelieruren met twee MUS-E kunstenaars’.
De focus op klank en ritme
Winne Clement werkte 8 maandagen lang met 3A. Twee muzikale bouwstenen stonden centraal: klank en ritme. De leerlingen begonnen hun verrassende ontdekkingstocht door te improviseren met klanken en die klanken proberen te ‘verbeelden’. Het Mexicaans vogelfluitje van Winne vonden ze top en er bestond weinig twijfel over: dit zouden zij ook maken. De volgende stap was een feit.
‘Zoek natuurlijke instrumenten waarmee je ritmes kan spelen’, was dan weer de opdracht bij de tweede bouwsteen, ritme. Ze vonden bamboe en takken in het nabijgelegen park en daarvan maakten ze heuse drumstokken.
Winne oefende veel op een goede focus. Maar ook aandacht voor klank en het samen musiceren in drumcirkels kwamen aan bod. Hij wisselde af met lossere momenten waarin de leerlingen zelf met de materialen aan de slag konden. De apotheose was een concert buiten op de speelplaats: met de zelfgemaakte drumstokken roffelen op metserskuipen! Alles geven, maar ook hier weer met de juiste aandacht en focus!
Experimenteren met bewegingstaal
3B ging aan de slag met Leen Dewilde. Met eenvoudige bewegingsopdrachten werd de concentratie en het improviseren aangescherpt. Leen leerde de leerlingen hoe ze vanuit de lichaamssculpturen van Willi Dorner zelf levensgrote standbeelden konden maken, zonder extra materiaal, alleen maar met hun eigen lichaam.
Daarop bouwden de leerlingen verder. Ze ontwierpen een bewegingsparcours met tape: ze maakten grondplannen, een parcours, werden aan elkaar vastgeplakt en ontdekten zo bewegingsmateriaal ... Toen een sessie noodgedwongen in de klas moest plaatsvinden, werd gewerkt met het materiaal dat voorhanden was: stoelen, banken en lichamen werden performance.
Alle experimenten rond bewegingstaal én klank samen brengen in een performance in de buitenomgeving zou de spreekwoordelijke kers op de taart van het project worden. Spijtig genoeg dwarsboomde COVID-19 dit plan.
‘Het was fijn om te ontdekken hoe de twee kunstenaars een heel andere manier van werken binnen brachten in onze school’
Een positieve ervaring
‘Dit dynamoPROJECT was onze eerste samenwerking met een externe organisatie voor een artistiek project. Door twee professionele kunstenaars binnen te halen in onze dagelijkse schoolwerking en met hen op langere termijn (elke maandag) te werken, kwamen onze leerlingen in contact met het beroep van kunstenaar, met disciplines zoals muziek en dans/beweging/performance, hoe belangrijk verbeelding is en hoe je dit kan ontwikkelen’, verduidelijkt Vanessa Reygaert.
‘De leerlingen wonnen aan durf en fantasie, zetten meer door om te zoeken naar oplossingen en gaven mee vorm aan de inhouden van de ateliers. Bovendien vonden ze het interessant om eens minder resultaatgericht te werken in een muzische context’.
Een vlotte samenwerking op maat
‘De samenwerking met MUS-E Belgium verliep heel vlot. Tijdens de voorbereidende fase werd duidelijk dat MUS-E echt op maat van de school werkt. Het project past perfect binnen onze visie van outdoor learning. Daar leggen we als school de focus op. De kunstenaars van MUS-E brachten actieve kunstbeleving binnen het bereik van onze kinderen ongeacht hun voorkennis of achtergrond. Ze merkten zelf ook op wanneer een leerling eens een mindere dag had en gingen samen met ons op zoek naar oplossingen. Een leerling die zich minder goed voelde bij bewegen, kreeg de rol van fotograaf en werd op die manier ook actief betrokken bij het proces’.